top of page

NEDERLAND LEEST

FRANK MARTINUS ARION, DUBBELSPEL
 
■ Column, uitgesproken ter inleiding van de afsluiting van Nederland leest in de bibliotheek van Someren, november 2006.

Waarde boekenliefhebbers,


De innemende en voortreffelijke schrijfster Hella Haasse breekt in de lofrede die zij vanwege Nederland Leest heeft geschreven, een lans voor het herlezen van boeken. Zij motiveert haar aanbeveling uitgebreid en ik kan me volledig in haar fraai geformuleerde argumentatie vinden. Ook ik herlees veel, zij het ook wel enigszins, omdat ik het zo verdraaid moeilijk vind om een goede keuze te maken uit het niet aflatende aanbod van nieuwe werken dat in de boekhandel om aandacht smeekt. Het prijzenswaardige initiatief van de Stichting CPNB, dat ervoor gezorgd heeft dat we vanavond in deze bijzondere setting verzameld zijn, was voor mij in ieder geval een welkome aanleiding om met behulp van een stoel naar de A in mijn boekenkast te klimmen. Het tussen Jan Arends’ Ik had een strohoed en een wandelstok en Frederic Bastets biografie over Louis Couperus ingeklemde exemplaar van Dubbelspel van Arion, bleek zich nogal aan zijn buren gehecht te hebben, maar liet zich uiteindelijk tevoorschijn halen. Ik heb vanaf de aanschaf van mijn eerste Arendsoogboek, in de vierde van wat toen nog de lagere school heette, er een gewoonte van gemaakt mijn bibliotheek te administreren. Aanvankelijk in een schrift, tegenwoordig digitaal. Ik voorzie mijn nieuwe aanwinsten, naast een bezitterige handtekening, van een nummer, de datum van verwerving en eventueel een aanduiding van wie ik het bij welke gelegenheid heb gekregen. Dank zij deze discipline zag ik, dat de Bezige Bijpocket van Dubbelspel in juni 1982 in mijn bezit is geraakt. Behalve deze datum en de aanduiding dat het toentertijd het 1886ste boek in mijn verzameling was, stond er geen milde gever genoemd. Ik moet het dus zelf aangeschaft hebben. Vermoedelijk als leesvoer voor de voor de deur staande grote vakantie. 

Ik zou de waarheid geweld aandoen, als ik zou beweren dat me nog levendig voor de geest staat hoe ik de eerste dagen van die grote vakantie volkomen ben opgegaan in de wederwaardigheden van het viertal dominoënde mannen en de amoureuze escapades van twee Caraïbische schonen. Een daarvoor noodzakelijk geheugen laat zich niet goed meer verstaan met mijn leeftijd. Toch moet ik een dergelijke ervaring wel degelijk ondergaan hebben, want ik kan wél in alle oprechtheid zeggen, dat ik nadien talloze bovenbouwleerlingen van het toenmalige College Asten-Someren en het huidige Varendonck-College desgevraagd geadviseerd heb om Dubbelspel op de literatuurlijst te zetten. Ook durf ik met zekerheid te beweren, dat ik met dat advies tientallen leerlingen een plezier heb gedaan. De meesten gaven bij de toen nog mondeling afgenomen schoolonderzoeken literatuur immers aan, dat ze het een bijzonder, een spannend of een verrassend boek vonden. Soms gaven ze die drie kwalificaties ook wel samen. 

Het advies, om Dubbelspel voor de lijst te lezen, heb ik tot voor enkele jaren opgewekt volgehouden. Tot het moment aanbrak waarop duidelijk werd, bijna van het ene jaar op het andere, dat ik dat maar niet meer moest doen, wilde ik mijn geloofwaardigheid bij de leerlingen niet op het spel zetten. Wat was er aan de hand? Dat laat zich gemakkelijk raden. De kwalificaties ‘bijzonder’, ‘spannend, en ‘verrassend’, die jarenlang vrij unaniem geklonken hadden, maakten in rap tempo plaats voor ‘saai’, ‘moeilijk’ en soms zelfs voor langere omschrijvingen als ‘geen bal aan’ en ‘ik snap er niks van’. Tja, dan houdt het op. Gelukkig zijn er al weer generaties van nieuwe schrijvers actief geworden en kunnen leerlingen hun hartje ophalen aan auteurs als Saskia Noort, Ronald Giphart, Arnon Grunberg, Tommy Wieringa en René Appel. Volledigheidshalve moet ik er bij vertellen, dat het literatuuronderwijs in de huidige Tweede Fase het niet goed meer mogelijk maakt, om erg veel aandacht aan literatuur te besteden. Als je er eens goed voor kon gaan zitten met een klas, is er ook tegenwoordig van ‘saaie’ en ‘moeilijke’ boeken als Dubbelspel wel iets te maken. Maar het is een gegeven, dat een groot gedeelte van de literatuurtijd van weleer, nu op gaat aan andere, belangrijker geachte aspecten van Nederlands, zoals schrijven, argumentatieleer en spreken. En ik zal de laatste zijn om het belang van die onderdelen te ontkennen. Maar toch… 

Het blijft natuurlijk een intrigerende vraag hoe die plotselinge waarderingsomslag heeft kunnen plaatsvinden. Laten we daar maar niet moeilijk over doen. Er is meer dan één omstandigheid te noemen, waarom Arion het niet meer goed doet bij de gemiddelde middelbare scholier. Dubbelspel mist bijvoorbeeld snelheid. Wat tegenwoordig geen down- of uploadend vermogen van een gigabyte per seconde heeft, wat je niet met een joystick of de entertoets kunt bedienen, is gedoemd failliet te gaan. Bovendien heeft Arion regelmatig zinnen die uit meer dan vijf woorden bestaan en die zonder ondertiteling of vertaling in het msn’s onzinnen zijn voor beginnende literatuurconsumenten. Als een auteur in het begin van een boek – en hetzelfde geldt, vermoed ik, voor films – geen gruwelijke moord laat gebeuren die in het tweede hoofdstuk overtroffen wordt door een nóg gruwelijkere, dan weet hij zijn jeugdige lezers maar slecht te paaien. Aan een schrijver die meent dat hij in zijn roman ongestraft een citaat in een andere taal dan het Engels kan opnemen – en daaruit ook alleen nog maar de eenlettergrepige kretologieën, is het inzicht voorbijgegaan, dat voor veel middelbare scholieren Frans en Duits de nieuwe dode talen zijn geworden. Laat staan dat hij - zoals in Dubbelspel – Spaans en Papiamento kan gebruiken. En zo zijn er nog wel meer moderne bedenkingen tegen het schijnbaar stoffige Dubbelspel in te brengen, maar ik wil u niet het gras voor de voeten wegmaaien, uiteindelijk gaan we het dadelijk gezellig over de merites van Arions bestseller hebben. 

Ik wil tot besluit nog het volgende zeggen. Ik zou er uit mezelf niet zo gemakkelijk toe gekomen zijn om Dubbelspel nog eens uit de kast te halen. Al was het alleen maar, omdat ik er in mijn specifieke geval een stoel voor nodig heb om erbij te kunnen. Ik ben de Stichting CPNB dan ook erg dankbaar, dat ze haar keuze voor dit geweldige initiatief op deze zinderende roman heeft laten vallen. In korte tijd heb ik Dubbelspel met veel genoegen twee keer herlezen. De eerste keer onderging ik de sensatie van: ‘o ja, zo zat dat’, ‘zo ging het eraan toe’. Ik verbeeldde me ook, dat ik nu, beter dan ik dat in 1982 kon hebben, inzicht had in de mentaliteit en het machismo van de tropische eilanders, twee verhaalgegevens in Dubbelspel waarvan de rol maar moeilijk overschat kan worden. Ik heb namelijk enkele jaren geleden de gelegenheid heb gehad om buureiland Aruba te bezoeken. Ik weet het: het in een adem noemen of aan elkaar gelijkstellen van deze beide rivaliserende eilanden is niet van gevaar ontbloot. Maar ik heb tijdens dat verblijf de Arubaanse varianten van Manchi, Boeboe, Janchi en Chamon van dichtbij meegemaakt. Toen ik het uit had, na dagen van ‘aha-Erlebnissen’, ben ik weer meteen vooraan begonnen. De plot doet er dan al lang niet meer toe. Je weet dat Manchi aan het eind zelfmoord pleegt – jammer voor degenen die dat nog niet wisten, mijn excuses – je weet dat Nora weduwe is geworden en dat Ostrik nog wel een tijdje op z’n nieuwe schoolschoenen zal moeten wachten, als-ie überhaupt nog naar school kan gaan. Waar je bij herlezing op kunt letten, zijn Arions rake typeringen, de knappe wijze waarop hij ons inzicht geeft in de beweegredenen van zijn romanfiguren, de ijzersterke, subtiele voorbereidingen die hij achteloos over de pagina’s strooit en die er uiteindelijk voor zorgen dat je als lezer gefascineerd blijft lezen om erachter te komen hoe eenieders noodlot zal uitpakken. 

Wel boekenvrienden, ik vertrouw u voor het vervolg van deze avond met een gerust hart toe aan Bert Bijnen, de oud-docent Nederlands die in 1969 in boekhandel Van de Moosdijk, filiaal Passage in Helmond, in een eerste buitenschools optreden, de opening heeft verricht van een fototentoonstelling van schrijversportretten gemaakt door Cor Stutvoet. Dat werd de eerste keer van duizend malen meer dat hij gespreksleider zou zijn of openingen zou verrichten. Onder zijn kundige leiding zullen we Dubbelspel maar eens gaan fileren. Dank voor uw aandacht.

bottom of page